Het is vroeg en het is fris. Typisch een ochtend eigenlijk om je nog eens om te draaien. Maar op de Alkmaarse Zijperstraat is het al een levendige boel. Alle parkeerplaatsen zijn bezet, de fietsenrekken zijn gevuld en in het midden van de straat staan tientallen mensen voor de deur te wachten van de KOOK, één van de vier kringloopwinkels die op dit kleine stukje stad zijn samengeklonterd.
Ze versterken elkaar onder het motto: Wie het hier niet vindt, die vindt het wel bij de buren. De Zijperstraat staat dan ook bekend als ‘De Kringloopboulevard’, door een enkeling gekscherend ‘De PC. Hooftstraat van Alkmaar’ genoemd.
“Misschien dat er vandaag iets meer mensen voor de deur staan omdat we een kerstmarkt hebben”, zegt Pieter Bijl, leidinggevende van de KOOK ( Komitee Ontwikkelingssamenwerking Overdie en Kooimeer). “Maar ook als er geen kerstmarkt is staan er altijd wel een stuk of dertig mensen te trappelen om bij ons naar binnen te gaan.”
Diversiteit
De grote belangstelling voor kringloopwinkels is geen plaatselijke afwijking: het aantal verkooppunten voor tweedehands spullen groeit in het hele land. Nederland telt nu ruim 1700 kringloopwinkels, volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Dat zijn er honderd meer dan vier jaar terug. En dat in een tijd van economische voorspoed.
“Het imago van: als je iets niet kunt betalen ga je daar heen, heeft de kringloopwinkel niet meer”, zegt Kitty Koelemeijer, hoogleraar Marketing & Retailing aan de Nyenrode Business Universiteit. “Het is nu juist hip, verantwoord en maatschappelijk geaccepteerd om daar je spullen te kopen.”Dat komt volgens Koelemeijer omdat we tegenwoordig makkelijker afstand doen van wat we bezitten: “We kopen niet meer voor de eeuwigheid. Dat past niet zo bij deze tijdgeest. We hebben het ook vaker over delen en iets hoeft niet altijd maar nieuw te zijn.”
Wie vandaag in de coffeecorner gaat zitten bij een van de kringlooploodsen aan de Zijperstraat, en een antropologische blik werpt op het winkelend publiek, ziet opmerkelijk veel verscheidenheid. Hier struint niet alleen dat gezin met een laag inkomen rond, of die studente op zoek naar een goedkope tweezitter. Nee, hier komt ook de huisarts of dat jonge stel van het restaurantje verderop. Op jacht naar ludieke stoelen voor in de wachtkamer of aan de bar.
Mainstream
“Alles wijst erop dat kringloopwinkels steeds meer mainstream worden”, zegt Ronald van den Heerik van de branchevereniging van kringloopwinkels. “We hebben het aantal winkels van de leden de afgelopen jaren dan ook zien toenemen. En de trend is: Waar van oudsher mensen met een kleine beurs klant waren, zien we nu veel meer diversiteit in de klanten.”
Van den Heerik zoekt de verklaring in ‘een groeiend maatschappelijk bewustzijn’ bij consumenten en de ‘professionalisering en de positieve uitstraling’ van de winkels zelf. “Hierdoor raken kringloopwinkels in trek bij een bredere doelgroep.”
Neem Lolke Folkertsma (56), administratief medewerker op een school voor voortgezet onderwijs in Friesland, maar vanochtend als eerste bij de boekenafdeling in Alkmaar. “Ik woon in Friesland maar kom hier doorgaans eens in de vier weken. Deze kringloop is ook niet elke dag open dus dan blijft het ook boeiend wat ze hebben. Ik ben een echte boekenman. Die verzamel ik en die verkoop ik. Mijn vrouw is ook verzot op de kringloop, die staat nu bij de kerstspullen.”
Een eindje verder loopt een vrouw met een kindje op haar rug rond te snuffelen. Het is Gaby Timmerman uit Amsterdam, 44 jaar, zelfstandige en verpleegkundige. Ze is niet speciaal naar iets op zoek, vertelt ze. “Ik vind het gewoon heerlijk om te struinen. Ik weet ook nooit dat ik iets zoek tot ik iets zie. Zo zag ik net nog een leuk kastje. Maar ja, hij is 75 euro en ik weet niet waar ik hem kwijt moet.”
Timmerman wil niet zeggen dat ze alle ‘kringloops’ van Nederland afstruint, “Maar als ik ergens ben en er is er eentje in de buurt dan ga ik er naartoe. Alles in mijn huis komt uit de kringloop en alle kleren die ik aanheb ook.”